Er wordt vanuit gegaan dat 2 à 3 procent van de bevolking hoogbegaafd is, d.w.z. een boven gemiddelde intelligentie heeft.
Hoogbegaafdheid is aangeboren en zorgt ervoor dat, vanaf het allereerste begin als baby, deze mensen anders op de dingen die om hen heen gebeuren reageren. Helaas is er niet een eenduidige wetenschappelijke definitie van hoogbegaafdheid. Toch zijn er verschillende algemene kenmerken waarvan intelligentie, doorzettingsvermogen en creativiteit er een paar zijn. Daarom wordt hoogbegaafdheid soms als volgt gedefinieerd:
‘Hoogbegaafdheid is een combinatie van een uitzonderlijke intelligentie, creativiteit en doorzettingsvermogen. Hoogbegaafden zijn op het cognitieve vlak sterk, maar ook andere zaken spelen een belangrijke rol. De term wordt gebruikt om aan te geven dat ze opvallende vermogens of vaardigheden hebben, zowel voor kinderen als voor volwassenen.’